Ga verder naar de inhoud
Voorzitter Peter Callens
17/06/21
Peter Callens

"Kent u de achtervangovereenkomst? Er zit een businessmodel in"

De laatste loodjes wegen het zwaarst. Wij bereiken het einde van het ongewoonste gerechtelijk jaar sinds de Tweede Wereldoorlog. De hoop is stilaan gewettigd dat wij het einde van de tunnel aan het bereiken zijn.

Voor de meesten onder u is het nog alle hens aan dek, bij het aflopen van dit allervreemdste werkingsjaar. Moge de zomer u allen een breed moment van rust brengen. Even professioneel afhaken en privé bijtanken, in het besef dat uw kantoorgenoten voor u inspringen. Mijn sympathie gaat hierbij uit naar de talrijke solisten onder u, voor wie, meer nog dan voor de anderen, vertrekken naar en terugkomen uit vakantie een aanzienlijke dosis extra stress opleveren – zonder te spreken van de vakantieperiode zelf. Niet weinigen blijven op het strand of in de bergen gekluisterd aan hun smartphone, een fenomeen dat de geestelijke gezondheid en de privérelaties niet ten goede komt.

Vandaar de gedachte om afspraken te maken met vertrouwde confraters die inspringen wanneer u uithuizig bent. Onze Nederlandse “confrères” en “collegae” – voor de vrouwelijke advocaten is het woord consœurs, nochtans heerlijk Frans, niet doorgedrongen boven de Moerdijk – vervullen de rol van “Nederland, gidsland”. De eenpitters onder onze noorderburen zorgen voor een contract, dat regelt wat er gebeurt bij afwezigheid. Dat heet een achtervangovereenkomst. Ook Nederlands kan een prachttaal zijn. De achtervang springt in wanneer de opdrachtgevende advocaat afwezig is. Advocaten, vooral eenpitters, creëren daarmee rond hun kantoor een flexibele schil, of kortweg flexschil.

Flexadvocaten zetten in op die markt. Zij stellen hun diensten ter beschikking van andere kantoren bij “ziek of piek” en – waarom niet – bij vakantie, als gespecialiseerde advocaten of als generalisten. Er zit een echt businessmodel in.

Of u na het ondertekenen van uw achtervangovereenkomst voor uw vakantie de Blaarmeersen in Gent als bestemming moet kiezen, is dan weer een heel andere vraag. Als u Oost-Vlaming bent, zal dat nogal meevallen. Maar als dat jammer genoeg niet zo is, zult u tijdig moeten reserveren, zo liet een Gentse schepen zich ontvallen, want maximaal 20% niet-Oost-Vlamingen zullen de tolerantiegrens mogen passeren. De anecdotiek van die plaatselijke regel ontlokt bij velen niet meer dan een grimlach – een glimlach is teveel gevraagd – maar de glibberigheid van het hellende vlak van die afkomstnorm maant aan tot het gebruik van steviger antislipbanden bij lokale overheden.

Bespiegelingen over de handhaving van zo’n herkomstregel liggen voor de hand. Wat is een Oost-Vlaming? Is dat iets genetisch of gewoon iemand die in die provincie gedomicilieerd is? Ook al is het eigenlijk een Antwerpenaar? En wat met een bejaarde Gentenaar die pas verhuisd is naar de kust, is dat nog steeds een Oost-Vlaming?

Een twitterende advocaat uit West-Vlaanderen lanceerde met gepaste ironie de gedachte om dezelfde regel in te voeren voor de Belgische kust, maar dan in het voordeel van de West-Vlamingen. Uw dienaar vroeg zich enigszins onrustig af wat er in dat geval gebeurt met de leden van de West-Vlaamse diaspora, die in andere provincies aan missiewerk doen. Mogen zij nog naar de kust?

Laten wij hopen dat de Gentse maatregel blijft steken in eenmalig lokaal keizerkostergedoe, een voorbeeldfunctie gaat er naar mijn bescheiden mening niet van uit.

Graag wens ik u een vruchtbaar einde van het gerechtelijk jaar toe en een geslaagde, stressverlagende voorbereiding van uw vakantie. Verifieer tijdig of er op uw bestemming een herkomstnorm geldt.

Met genegen groeten,

Peter Callens
Voorzitter Orde van Vlaamse Balies

Deel dit artikel