Ga verder naar de inhoud
Voorzitter Peter Callens
13/01/23
Peter Callens

"Aan het begin van dit nieuwe jaar is een dosis zelfrelativering op haar plaats"

In deze rubriek reflecteert onze voorzitter over de actualiteit. U leest hem elke twee weken. Ontdek waarover hij het vandaag met u wil hebben.

2023 is ingezet. Kopzorgen over mogelijke onderwerpen waarmee wij ons zouden kunnen inlaten op balieniveau zijn er allerminst. De verveling heeft niet toegeslagen.

We zullen in de komende weken onze reflectie over mogelijke hervormingen in ons beroep voortzetten. De ene gedachte over modernisering is al geslaagder dan de andere, sommige ideeën zijn goed, andere lijken onvoldragen of ondoordacht. Zo gaat dat met voorstellen tot wijziging van wat wij al decennialang gewoon zijn te doen. Modernisering impliceert verandering, maar verandering impliceert niet noodzakelijk modernisering. Verandering kan ook achteruitgang betekenen, of gewoon een vergissing zijn. Dat debat loopt en de algemene vergadering zal zich uitspreken.

Ondertussen heeft de algemene vergadering zich al principieel uitgesproken over een onderwerp dat de geesten beroert: de mogelijkheid voor advocaten om bediende te worden van een andere advocaat of van een advocatenvennootschap. Het ging hier om een principiële stemming, die normatieve invulling behoeft. De algemene vergadering besliste namelijk dat het de Codex Deontologie zal zijn die de invoering van de mogelijkheid om een arbeidsovereenkomst af te sluiten zal regelen. Een wetswijziging is voor die principiële stap dus niet nodig en ook niet gewenst.

Daarmee bevestigt de algemene vergadering de zelfregulering van de balie. Dat deed zij ook met haar andere principiële beslissing, namelijk dat de Codex Deontologie de multidisciplinaire samenwerking blijft regelen, niet de wet. De balie heeft zich op dat stuk zelfredzaam getoond, in lijn met haar traditie sinds 1836.

Heel wat andere onderwerpen zullen de revue passeren. Een voorstel tot reparatie van de tuchtwetgeving is er een van. Niet dat die wetgeving zo oud was, aangezien zij in 2006 ingrijpend gewijzigd is, trouwens onder impuls van het toenmalige bestuur van de OVB zelf. Toch bleek enig reparatiewerk wenselijk.

Ook zal de algemene vergadering zich buigen over onderwerpen zoals de eventuele invoering van een tableau van vennootschappen, de perimeter van het beroep van advocaat en de onverenigbaarheid ervan met handel en nijverheid, het bestuur van de instellingen van de balie, het College van Toezicht, en het erelooncontentieux tegen de achtergrond van de matigingsbevoegdheid van de raad van de Orde. Daarbij komt nog het voorstel om alle lokale balies van het land te laten opgaan in twee communautaire Ordes.

De discussies beroeren de confraters die de instellingen van de Orde bevolken. Het zijn belangwekkende onderwerpen voor de toekomst van ons beroep en voor de wijze waarop zijn instituten zullen werken.

Bij dit alles is aan het begin van dit nieuwe jaar niettemin een dosis zelfrelativering op haar plaats. Niet alle thema’s rond modernisering houden de gemiddelde advocaat even hard wakker, realiseer ik mij.

De balie-instellingen zijn vaak bezig met zichzelf. Het is niet omdat ik het voorrecht heb om voor beperkte tijd het voorzitterschap van de OVB te mogen opnemen, dat de veeleer milde vorm van navelstaren die eigen is aan onze instellingen, aan mijn waarneming zou ontsnappen. ‘Veeleer milde vorm’, omdat de balie zelf ondanks alle introspectie steeds de blik op de grote principes behouden heeft. De rol van de advocatuur, haar onafhankelijkheid, het beroepsgeheim, de toegang tot een onafhankelijke rechter, de bescherming van een behoorlijke rechtsgang, het recht op een eerlijk proces, de professionele integriteit en kwaliteit, het gevecht tegen willekeur, onmenselijke behandeling en disproportionele bestraffing: geen van de oefeningen in zelfanalyse heeft er ons ooit van weerhouden die grondbeginselen hoog te houden en er de nodige strijd voor te leveren.

En finaal is het daarom dat het echt gaat.

De afgelopen dagen bereikt ons voortdurend nieuws van wat er gebeurt als de aangehaalde principes achterwege blijven.

De beelden van de jonge mannen, tieners, prille twintigers en dertigers, die in Iran terechtgesteld worden onder voorwendsel dat zij zich schuldig gemaakt hebben aan ‘corruptie op aarde’ laten mij niet los. Ik krijg letterlijk de tranen in de ogen wanneer ik de weergave lees van het laatste telefoongesprek van één van die jongens met zijn vader. Hij zegt dat de straffen uitgesproken zijn en dat hij ter dood veroordeeld is, maar vraagt aan zijn vader om niets te zeggen aan zijn moeder. Je zult die jongen maar zijn, of zijn vader. Of zijn moeder. De berichten over Olivier Vandecasteele, in datzelfde land veroordeeld tot 40 jaar cel, 74 zweepslagen en een boete van 1 miljoen dollar, wegens vermeende zwaarwichtige feiten van spionage en witwassen – wie gelooft dat? – blijven spoken door mijn hoofd. De beelden van de jonge vrouwen die gruwelijk mishandeld en gevangen gezet worden, soms met de dood voor gevolg, omdat zij geen hoofddoek meer willen dragen.

Over een vrij gekozen advocaat die vrij mocht spreken, konden die slachtoffers van het regime niet beschikken – het zou met het plaatselijke niveau van de ‘rechters’ allicht niets uitgehaald hebben. Maar de slachtoffers van het regime zouden dan toch een vriend aan hun zijde gehad hebben. Van corruptie op aarde gesproken. Het is de totale schande ver voorbij.

Voor wie eraan zou twijfelen dat de principes waarvoor wij ons inzetten universeel zijn: het Iraanse voorbeeld kan uw vaccin zijn. Wij weten waarvoor wij echt vechten. De ongetwijfeld ook belangrijke kwestie van de moderniseringsvoorstellen nemen wij er dan graag bij en wij zullen ze met de nodige ernst behandelen.

Met genegen groeten,

Peter Callens
Voorzitter Advocaat.be